Een ongeluk zit in een klein hoekje

Dit is een zin, die we allemaal wel eens gehoord hebben. En die zin lijkt een soort spreekwoordelijke vanzelfsprekendheid in zich te dragen als bij “Als je door de regen loopt, word je nat”. Of om er nog maar een te noemen: “Kleine kinderen worden groot”.

Maar goed, terug naar de zin “Een ongeluk zit in een klein hoekje!”. Naar mijn idee is die zin nog niet af. Ik denk dat het uitroepteken vervangen moet worden door een komma. Daardoor ontstaat ruimte voor deel twee van de zin, waardoor het gehele gezegde als volgt kan luiden: “Een ongeluk zit in een klein hoekje, geluk dus in de rest!!”. Twee uitroeptekens lijken daar op zijn plek!

Ik vind het fijn als je, alvorens verder te lezen, eens even een korte pauze inlast om die hele zin op je te laten inwerken: “Een ongeluk zit in een klein hoekje, geluk dus in de rest!!”.

Wat merk je dan op? Nieuwsgierigheid? Enthousiasme? Een veroordeling naar de schrijver? De neiging om niet verder te lezen? Blijheid? Wellicht vechten al die zinnetjes om voorrang in jouw hoofd. Tegelijkertijd. En wellicht nog vele andere gedachten en associaties. Mijn advies: niet kiezen. Fijn als je al die gedachten, als een kleurrijke regenboog, naast elkaar laat bestaan. Het zijn allemaal interessante geluk-gerelateerde elementen.

Wat mij gebeurde toen deze zin als een mug op een zwoele zomeravond steeds weer rond mijn hoofd zoemde, was dat ik steeds nieuwsgieriger werd. Want stel nou toch dat het klopt en dat geluk dus overal is, behalve in dat ene kleine hoekje, wat betekent dat dan?

Dat we zo ongeveer struikelen over geluk. Dat we heel veel moeite doen om geluk niet te zien en daarmee geluk ook niet ervaren. In dit kader denk ik dan vaak terug aan een zin van een singer-songwriter: “De muur van geluk is zo hoog, dat alleen kleine kinderen eroverheen kunnen kijken!”

We hoeven geluk niet te verdienen.
We hoeven ons er slechts voor te openen en het toe te laten!
En wellicht geluk dienen . . . . ?!

Laat ik geluk toe?
Laat jij geluk toe?
Mooie vragen!

In onze werkpraktijk komen we bijna dagelijks het antwoord tegen. Geluk is zo moeilijk toe te laten omdat we, in ons denk- en herinnerings-systeem, geluks-blokkerende aannames meedragen.

Die aannames zijn opgeslagen in zinnetjes als:
”Ik moet eerst . . . . . . . en dan kan ik gelukkig zijn”.
“Geluk is niet weggelegd voor ons”.
“Als corona maar weer voorbij is, dan . . . .”
“Als we weer vrij mogen reizen, dan . . . .”
“Als ik weer een vaste baan heb, dan  . . . .”
Om nog maar te zwijgen over:
”Als je maar hard genoeg werkt, dan word je vanzelf gelukkig”.
Komen jouw “Als…, dan…” zinnetjes al in beeld?

Wat we naar mijn idee dus moeten doen is dergelijke blokkerende aannames ontdekken én achter ons laten. En wat het lekker overzichtelijk maakt: die aannames blijken steeds weer te gaan over: jezelf, de ander of de situatie.

Dus bij deze ben je van HARTe uitgenodigd om aan de slag te gaan met die aannames die jóuw geluk in de weg staan.

En let een beetje op: voor je het weet loop je over van geluk!!